TIJD VOOR VERANDERING/ INSPIRATIE/ KNARRENHOF-2/ STORM

| jaar 5 | nummer 195 |

| 07-01-2018 | 12.30 uur |


 

| TIJD VOOR VERANDERING |  

 

De laatste weken is er nogal wat te doen geweest over een onderzoek naar de horeca in Bergen op Zoom. De conclusies verbaasden mij niet. De groei van het aantal horecavoorzieningen en restaurantstoelen is onwaarschijnlijk groot geweest. Ik schreef daar onder de kop ‘kannibalisme’ in november 2016 al over. Er zijn nu eenmaal grenzen aan de groei, zelfs van horeca in Bergen op Zoom. Te vaak heb ik afgelopen jaren moeten constateren dat, met het alsmaar creëren van meer horeca, andere zaken werden gerealiseerd. Denk aan de omgeving van de Boulevard, De Zeeland en de Blokstallen.

Bij mij hebben eigenaren van bestaande voorzieningen met regelmaat hun beklag gedaan. Ook blijkt de scheidslijn tussen harde en zachte horeca en tussen winkels en horeca in de praktijk vloeibaar. De constatering in het rapport dat Bergen op Zoom zijn centrumfunctie voor de omgeving (grotendeels) verloren heeft onderschrijf ik. Fransen zie of hoor je ook nauwelijks meer en ook het aantal bezoekende Belgen is in mijn waarneming zeker niet meer groeiende en mogelijk zelfs dalende. Dat komt grotendeels door het beleid van dit college van B&W.  De coffeeshops werden gesloten. Terwijl elders (Goes, Breda) deze open bleven of zelfs moderniseerden. Mensen die voor medicinale of recreatieve doeleinden goede/betrouwbare cannabisproducten wensten te betrekken, zonder daarmee de criminaliteit te financieren, werden dus gedwongen naar elders uit te wijken. De kans is groot dat ze dan ook hun andere boodschappen elders doen. Bewust kop in het zand. Wel de mond vol over ondermijning en ondertussen de klandizie richting de snelle jongens drijven die ook de zwaardere spullen in de aanbieding hebben. Waarom, oh waarom is het harddrugsprobleem in Bergen op Zoom toch zo groot? Leuk zo’n onderzoek naar de horeca in Bergen op Zoom. Maar logischer is een onderzoek naar het hoe en waarom van het harddrugsgebruik in Bergen op Zoom. Of wordt dat probleem/onderzoek inclusief conclusies en aanbevelingen onder de pet gehouden?  Mij bereiken die signalen.

In 2015 deed de BSD al de suggestie te komen tot een kenniscentrum in Bergen op Zoom op het gebied van alternatieve pijnbestrijding. Een dergelijk kenniscentrum, met als doelstelling onderzoek te verrichten naar gebruik en de mogelijkheden van medicinale wiet, is er nu niet en zou uniek in de wereld kunnen zijn. En in 2017 om met biobased wiet in te spelen op het landelijke experiment. De houding van de wereld (op het Bergs college en Trump na) is ten aanzien van cannabisproducten aan het veranderen. In de staten aan de westkust van de USA (Alaska, Washington, Oregon, Nevada en California) en sinds kort ook in Canada is cannabisgebruik voor zowel medicinale als recreatieve doeleinden legaal toegestaan. Waarom? Er kan geld mee verdiend worden en er wordt voorkomen dat er gekocht moet worden bij criminelen die ook andere producten, zoals verslavende harddrugs, verkopen. Bij het nadenken over de toekomt van de binnenstad pleit ik er voor om de raadsleden eens een bezoek te laten brengen aan een moderne transparante coffeeshop zoals in Goes.

De BSD denkt dat er meerdere vliegen in één klap geslagen kunnen worden:

  • Meer bezoeken aan ons centrum door bijvoorbeeld Belgen uit Antwerpen.
  • Enig herstel van een verloren gaande regiofunctie en daarmee versterking van de economische vitaliteit.
  • Vermindering van de blootstelling van onze jeugd aan verkopers die ook harddrugs verkopen.
  • Meer zekerheid dat gebruikers goede niet vervuilde cannabis kunnen kopen.
  • Euro’s die in Bergen op Zoom blijven in plaats van in Goes of Breda besteed worden.
  • En voorkoming dat geld cumuleert in verkeerde handen.
  • Maar wat nog belangrijker is dat er gestopt wordt met de hypocrisie rond cannabis en de eerste stappen worden gezet naar het beperken van het aan harddrugs verslaaf raken van onze jeugd.
  • En tot slot er echt iets gaat gebeuren aan de overlast van de snelle jongens en de verleiding die zij betekenen voor delen van onze jeugd.  

Louis van der Kallen

 


 

| INSPIRATIE |  

 

Recent woonde ik een lezing bij van Floris Alkemade de Rijksbouwmeester. Het ambt bestaat al meer dan 200 jaar. De Rijksbouwmeester bevordert en bewaakt de stedenbouwkundige inpassing en de architectonische kwaliteit van rijksgebouwen. De Rijksbouwmeester is voorzitter van het College van Rijksadviseurs.

De kern van zijn betoog: het rijksbezit (vastgoed, grond en water) kan worden ingezet om onze maatschappelijke doelen dichterbij te brengen. De beschrijving van de thema’s en opgaven, de Strategische Atlas en de Ambassadeursprojecten laten zien langs welke lijnen het werk van de Rijksbouwmeester de komende jaren invulling krijgt.

Zijn visie is neergelegd in de “agenda van de Rijksbouwmeester” een zeer lezenswaardig stuk. Met daarin een tiental uitgangspunten om zijn doelen dichterbij te brengen:

  • Bij iedere opgave zoeken naar maatschappelijke meerwaarde.
  • Opgaven stelselmatig als onderdeel van een grotere ruimtelijke context bekijken.
  • Relevante nieuwe opgaven opzoeken en op de agenda zetten: wat zijn de trends?
  • Heldere ambitie definiëren en externe partijen betrekken en samenwerken.
  • Erosie van het publieke domein adresseren: hoe ziet samenleven eruit?
  • Eigen vastgoed van het Rijk zo publiek mogelijk maken, inclusief buitenruimte.
  • Leegstand als kans om te experimenteren en te innoveren.
  • De omgang met het rijksvastgoed als richtinggevend, innoverend.
  • Concrete projecten benoemen en als ambassadeursprojecten inzetten.
  • Debat opzoeken en initiëren, zichtbare aanwezigheid Rijksbouwmeester.

Een voorbeeld dat op mij indruk maakte was “a home away from home”, oorspronkelijk gericht op het ontwikkelen van huisvestingsoplossingen waarmee het COA beter zou kunnen inspelen op de onvoorspelbare instroom en die tegelijkertijd een tijdelijk, veilig, sober, sociaal en goed passend thuis kan bieden aan asielzoekers. Daarnaast gericht op het geven van een impuls aan de vernieuwing van de markt van flexibele huisvesting. Resultaat een explosie van ideeën die kunnen passen in de huidige trend van ‘kleine (tijdelijke) huisjes’ zoals die nu ook in Bergen op Zoom bijvoorbeeld voor het huisvesten van toekomstige studenten aandacht krijgt.

Zonder te willen stellen dat de “agenda van de Rijksbouwmeester” één op één toepasbaar is om de huidige problematiek van leegstand en herbestemming in Bergen op Zoom tot een oplossing te brengen denk ik wel dat de agenda elementen bevat die in onze monumentale binnenstad bruikbaar zijn om, ondanks de noodzakelijke veranderingen, de kwaliteit van onze mooie binnenstad te behouden en toch aan te passen aan de huidige tijd en mogelijkheden. 

Louis van der Kallen

 


 

| KNARRENHOF-2 |  

 

Enkele weken geleden heb ik u meegenomen in het idee van een “Knarrenhof”. Een voor ouderen aantrekkelijke manier van wonen die veilig is en waarin men naar elkaar omkijkt.

Naast aandacht voor de fysieke woonsituatie en woonomgeving is het ook belangrijk om nadrukkelijk aandacht te geven aan de sociaal-psychologische aspecten van het ouder worden door mensgerichte ouderenzorg te stimuleren. Daarvoor dienen we ons te verplaatsen in de ouderen zelf en hun werkelijke behoeften. Ontmoeting is daarbij heel belangrijk. Dit heb ik eerder genoemd in het artikel. Daarmee kunnen we eenzaamheid tegen gaan c.q. voorkomen en zorgen we er voor dat ouderen in beweging blijven. Op een congres in oktober vorig jaar van de KBO (Katholieke Ouderenbond) over lokaal seniorenbeleid vertelde Katrien Luijkx, bijzonder hoogleraar ouderenzorg van Tilburg University, over haar onderzoek naar kwetsbare ouderen. Volgens Luijkx wordt er weliswaar veel ondernomen voor eenzame ouderen, maar weten we nog te weinig over de effecten ervan. Volgens haar is het belangrijk om ouderen zelf actief te betrekken bij de organisatie van activiteiten om daarmee tegelijk voor een zinvolle dagbesteding voor ouderen te zorgen.

Eenzame ouderen willen weer betekenis krijgen, meedoen. Stop met denken voor ouderen, maar stel vragen. We moeten ons focussen op hun talenten, hen duidelijk laten maken waar ze warm voor lopen. Niet sturen door professionals, maar de ouderen ondersteunen in hun behoefte aan zinvol bezig zijn en betekenis geven aan hun leven. Daarbij moeten we juist oog hebben voor de mensen die niet mee (kunnen) doen. Zo is in de praktijk gebleken dat ouderen in hun behoefte aan sociaal contact met anderen graag mensen van meerdere leeftijden ontmoeten. Ook is aangetoond dat ouderen eerder de stap zetten om anderen te ontmoeten wanneer ze niet alleen hoeven te gaan. Ze geven duidelijk aan graag vooraf met een mede-inwoner van een “Knarrenhof” of een straat- of buurgenoot af te spreken om samen naar de ‘huiskamer’ te gaan om een kopje koffie te drinken en activiteiten met anderen te ondernemen.

Dit betekent dat we in de toekomst die voorwaarden moeten scheppen en de juiste faciliteiten moeten bieden om onze oudere mede-inwoners veel meer in hun eigen kracht te zetten. Dus minder sturen, maar meer ondersteunen. Niet voor ouderen, maar zo veel als mogelijk door ouderen.

Piet van den Kieboom

 


 

| STORM |  

 

Afgelopen week ging er een stevige storm over Nederland en over Bergen op Zoom. Ook in Bergen op Zoom gingen een paar bomen om. Op zich is dat iets wat altijd kan gebeuren. Maar zeker als dat in de winter gebeurd is dat negen van de tien keer vermijdbaar. Bladerloze bomen vallen eigenlijk alleen als ze ziek zijn en/of topzwaar zijn geworden.

Net als in 2015 pleit het CDA weer voor het kappen van alle kastanjes op de Rijtuigweg. En net als toen is dat volstrekt overbodig. Wat wel nodig is, en ik schreef dat ook in 2015, is goed onderhoud en inspectie. Deze week heb ik een wandeling gemaakt over de Rijtuigweg en daarbij de restanten bekeken van de gevallen exemplaren. Behoorlijk wat rottende delen gezien. Maar dat niet alleen. Sommige bomen staan ver uit het lood en veel hebben een onevenwichtige kroon. Dat zijn dan stuk voor stuk bomen die, als een zomerstorm ze treft, om kunnen gaan. Is dat te voorkomen? Ja door goed, grootschalig en stevig snoeiwerk. Wat moet gebeuren is een één- of tweejaarlijkse inspectie en dan handelen. Dat vergt wel enige moed, want stevig snoeiwerk wordt niet door iedereen op prijs gesteld. Maar voor een veilig en groen Bergen op Zoom is dat wel noodzakelijk. De Rijtuigweg in de zomer is, buiten de soms grote hoeveelheid vogelstront, een lust voor het oog. Dat kan blijven, maar vergt ONDERHOUD! Dat schreef ik ook in 2015.  Oude bomen zijn net als oude mensen. Hun gezondheid moet beter in de gaten worden gehouden en vaker worden opgelapt. Maar hun schoonheid geeft veel terug.

Kappen omdat ze oud zijn is als euthanasie plegen, omdat de oudjes teveel zouden kosten. Het CDA presenteerde zich in het verleden als de partij van het renmeesterschap voor het beheer van de schepping en het zorgvuldig omgaan met het leven. Alles kappen, terwijl een stevig snoeibeurt de boel kan redden, is dus wat de BSD betreft niet de remedie. Dat laat onverlet dat zieke bomen en bomen die ver uit het lood staan wel op tijd gekapt moeten worden.   

Louis van der Kallen